Van boek naar voorstelling: Auteur Christine Otten en regisseur Jörgen Tjon A Fong over We hadden Liefde, We hadden Wapens
We hadden liefde we hadden wapens
Het is 2015. Vrienden Jörgen Tjon A Fong en Christine Otten drinken samen koffie op een terras. Dan vertelt schrijver Christine aan regisseur Jörgen dat ze Mabel Ola Williams, de vrouw van burgerrechtenstrijder John F. Williams heeft ontmoet en dat ze van plan is een boek te schrijven haar verhaal. “Daar wil ik dan een voorstelling over maken’, zei Jörgen direct.
Ik zag het direct voor me
Jörgen: ‘Ik was al bekend met Christine’s werk en enorm fan van haar boek De Laatste Dichters. Hoewel er nog geen letter op papier stond zag ik het direct voor me. Daardoor was het ook hele bijzondere samenwerking. Voor het eerst ben ik betrokken geweest bij de ontwikkeling van een roman. Christine liet me stukken lezen. En zij is op haar beurt betrokken bij de ontwikkeling van de voorstelling geweest. Jibbe Willims heeft wel de tekst voor de voorstelling geschreven. Maar we hebben Christine veel geconsulteerd en ze is veel bij de repetities geweest.’
Zelfs in Amerika is dit verhaal tamelijk onbekend
Christine: ‘Het verhaal van Mabel en Robert Williams is zelfs in Amerika tamelijk onbekend. Een Amerikaanse vriend van me introduceerde me bij Mabel toen ik in 2008 tijdens de campagne van Barack Obama in Amerika was. Ze vertelde haar verhaal en pas jaren later besefte ik: hier moet ik een roman over schrijven. Dat Jörgen zo enthousiast reageerde vond ik geweldig. Ik bewonderde zijn werk; de mix van muziek en theater. De gelaagdheid van zijn stukken: uitgesproken maar ook de nuance zoeken, het universele. Het idee dat het meteen ook theater zou worden vond ik extra motiverend. Het boek werd meteen ‘levend’.’
De personages kwamen op het toneel tot leven
Jörgen: ‘Ik heb Christine natuurlijk geen schrijftips gegeven. En zij mij geen theatertips maar een aantal zaken zouden minder sterk of expliciet zijn geweest zonder haar inbreng. Wat ook mooi was, toen het script op papier stond kwam het op Christine nog niet over. Ze had er zorgen over, maar toen ze de woorden en personages op het toneel tot leven zag komen was die zorg helemaal weg. Dat was heel fijn.’
De voorstelling is nog actueler nu
Christine: ‘Dat het stuk een reprise kreeg vond ik meer dan verdiend; overal trok het volle zalen. Het is actueler nog dat toen het uitkwam in 2017, dat is misschien ook wel treurig. De polarisering in de samenleving, het racisme, het lijkt erger dan toen. Aan de andere kant: het is allemaal ook meer bespreekbaar en juist zo’n verhaal als dit maakt het mogelijk je in elkaar in te leven. In 2017 dacht ik: deze versie met deze cast kan nooit geëvenaard worden. Maar dat is dus wel zo. Complimenten aan de nieuwe cast! De voorstelling raakt iedere keer opnieuw.’
BOEK WE HADDEN LIEFDE, WE HADDEN WAPENS
Christine Otten, uitgeverij De Geus (2016)
Recente berichten
- Internationaal Succes: Photoville festival toont fotoserie Hollandse Meesters Her-Zien van Jörgen Tjon A Fong in New York
- Maureen Healy nieuwe directeur Urban Myth
- Van boek naar voorstelling: Auteur Christine Otten en regisseur Jörgen Tjon A Fong over We hadden Liefde, We hadden Wapens
- Scènes: 4 Sterren – Een voorbeeldige voorstelling die deze toeschouwer rigoreus raakte. Recht in het middenrif.
- ‘We hadden liefde, we hadden wapens’ viert terecht het leven van burgerrechtenactivist Robert F. Williams ★★★★ – Volkskrant
Deel dit bericht
Scènes: 4 Sterren - Een voorbeeldige voorstelling die deze toeschouwer rigoreus raakte. Recht in het middenrif.
We hadden liefde we hadden wapens
NOG MEER URGENTIE DAN VIJF JAAR GELEDEN
Gezien op:
Te zien t/m:
‘We gaan een ijsje eten’ zegt de vader tegen zijn zoon. Dat lijkt onschuldig, maar blijkt een daad van protest. Begin jaren zestig was de ijssalon in het stadje Monroe in North Carolina voor zwarten verboden terrein. De jonge John, zoon van de zwarte activist Robert Franklin Williams heeft niet zoveel trek in ijs want hij kent de risico’s van de onverschrokken houding van zijn vader.
We hadden liefde, we hadden wapens is in 2017 gemaakt door Urban Myth met onder meer Huub van der Lubbe en Manoushka Zeegelaar Breeveld. Het werd toen in de pers pijnlijk actueel bevonden. Nog pijnlijker is dat de voorstelling vijf jaar later nog meer urgentie heeft dan toen.
Christine Otten schreef een boek over burgerrechtenactivist Williams en JIbbe Willems bewerkte dat tot een theatertekst die geregisseerd werd door Jörgen Tjon A Fong, thans directeur van de Kleine Komedie. Een reprise was na de moord op George Floyd onontkoombaar. De nieuwe cast doet het voortreffelijk. Tarikh Janssen is een sterke Williams en Carolina Dijkhuizen speelt zeer geloofwaardig zijn vrouw Mabel. Hun dialogen maken keihard duidelijk hoezeer Williams’ strijdbaarheid het gezinsleven beïnvloedt.
Regelmatig doemen op het achtertoneel de zwarte kruizen op in de tuinen van protesterende zwarten. Deze kruizen werden door leden van de Ku Klux Klan (KKK) vaak in brand gestoken. Mooi is de vondst om zoontje John, gespeeld door Leovegildo Vieira, ook verteller te laten zijn. Hajo Bruins is als KKK-sympathisant ijzingwekkend. Dat geldt ook voor Pearl Jozefzoon die een prachtige versie van Strange fruit ten gehore brengt. Het bekendste nummer van Billie Holiday is ruim tachtig jaar oud, maar heeft nog niets aan zeggingskracht ingeboet.
De regie van Tjon A Fong is vooral zo fijn omdat de spelers op uiterst soepele wijze muziek en tekst combineren en daarmee het verhaal veel kracht bij zetten. We hadden liefde, we hadden wapens is een voorbeeldige voorstelling die deze toeschouwer rigoreus raakte. Recht in het middenrif.
Deel deze recensie
‘We hadden liefde, we hadden wapens’ viert terecht het leven van burgerrechtenactivist Robert F. Williams ★★★★ - Volkskrant
We hadden liefde we hadden wapens
“Regisseur Jörgen Tjon A Fong weer de juiste balans te vinden tussen muziek en spel. Met een nieuwe sterrencast en een enerverend verhaal dat van begin tot eind fascineert, celebreert Tjon A Fong terecht deze vergeten verzetsstrijder.”
Deel deze recensie
Terugkijken Strange Fruit en Sinnerman Uitmarkt op NPO1
We hadden liefde we hadden wapens
De cast van We hadden Liefde, We hadden Wapens stond op de afsluiting van de Uitmarkt gisteravond. Strange Fruit en Sinnerman van Nina Simone maakten indruk als voorproefje op de voorstelling die 15 september in DeLaMar in première gaat. Een vol Museumplein zong uit volle borst mee en ruim twee miljoen mensen bekeken het live-optreden op tv. Bekijk het optreden hier terug!
Deel deze recensie
Geen land, geen vrienden - Groene
Geen Land, Geen Vrienden
Loek Zonneveld
De zwarte papa en zijn zoontjes gaan op weg voor een ijsje. Het jongste kind had in die winkel wel eens eerder voor een kwartje ijs gekocht. Maar dat was dan aan de achterkant, in de steeg, bij ‘het luik voor de negers’. Zijn zwarte papa gaat door de voor hem verboden voordeur.
De scène wordt verteld als in een western van Sergio Leone, met lange stiltes en veel zweetdruppels. En aan het eind komt de politie. ‘Stomme neger. Is dat je kind? Arm joch, met zo’n vader!’ Zo gaat het altijd, piekert het zoontje. ‘Robert Franklin Williams, meekomen! Jij denkt dat je boven de wet staat, toch?’ Het is 1958. Williams is voorvechter van burgerrechten. In zijn boek Negroes with Guns bepleit hij dat de zwarte burger zich bewapent tegen de Ku Klux Klan. Ik had vóór de prachtroman We hadden liefde, we hadden wapens van Christine Otten nog nooit van Williams gehoord. Urban Myth, de toneelgroep van Jörgen Tjon A Fong, kocht de theaterrechten voor er één letter van dat boek op papier stond. Het ijzersterke verhaal gaat over een lucide gek die beseft dat je nooit gelijk hebt voor je het hebt gekregen. En je krijgt het als zwarte gek in het gesegregeerde zuiden van de Verenigde Staten vooralsnog nooit.
Je zit als publiek midden in het sidderende centrum van dit verhaal voor je het in de gaten hebt. Zelfs het podium is gesegregeerd, met een doorschijnend gordijn dat pas scheurt als er liefde is: het wordt kapot gezongen door Manoushka Zeegelaar Breeveld (de minnares, de vrouw, de moeder, Mabel heet ze), die met een paar regels ‘gefluisterde’ Billy Holliday onze harten aan flarden zingt. Het ongelooflijke verhaal van Williams (Mandela Wee Wee speelt hem met een ontwapenende flair) wordt in feite verteld door haar ogen en die van zoon John, die knap schakelt tussen een strakke commentaartoon en een ingedaalde en beheerste ontroering – Gery Mendes zwiept je door het verhaal, ik heb met open mond naar die jongen zitten kijken.
Het team, met ook Ntjam Rosie, Janneke Remmers en Huub van der Lubbe, zorgt in de allereerste plaats voor een muzikale (muziek: Jeroen van Olffen) trip door deze ruige geschiedenis, aan de hand van Nina Simone (‘Ain’t got no country, ain’t got no friends’), en met blues, soul, rap en jazz. Alles gaat in de pressure cooker van verdriet en woede. Soms uitlopend op een ouderwets kwaaie vorm van agitprop, met borden en gescandeerde slogans en kruisen van de Klan, die met opzwepende ritmes tot gruzels worden getimmerd.
De voorpremière in het Bijlmerparktheater, op de avond van Inauguration Day, leek de gedroomde aspirine voor Trump-depressies – maar zo simpel gaan die dingen natuurlijk niet. De materie mag dan taai zijn, ze is ook simpel en snoeihard, vrolijk vaak, maar ook onverbiddelijk en wreed. Dat zingt Huub van der Lubbe in het slotlied, een verstilde apotheose waar mijn keel van dicht kneep. Prachtavond!
Deel deze recensie
2 maart 2019
De Theaterkrant - Zwarte strijd, soul en blues kruipen onder je huid
Zwarte strijd, soul en blues kruipen onder je huid.
Anita Twaalfhoven
29 januari 2017
‘Ain’t got no country, ain’t got no friends’, zingt Nina Simone. De soul en rhytm & blues in de periode van de Amerikaanse burgerrechtenbeweging in de jaren zestig vertelt een verhaal dat pijnlijk actueel is. We hadden liefde, we hadden wapens van Urban Myth is een schot in de roos en de prachtige muziek van een cast met klinkende namen als Ntjam Rosie, Huub van der Lubbe en Manoushka Zeegelaar Breeveld laat het schouwburgpubliek onontkoombaar swingen in de stoelen.
Grote protestborden met activistische leuzen over gelijkheid tussen zwart en wit zakken vanuit het plafond naar beneden. Daarachter zijn de kruizen te zien die de Ku Klux Klan in de tuin van opstandige zwarten in brand steekt. De voorstelling neemt je mee naar Monroe, een stadje in North Carolina, waar de zwarte burgerrechtenbeweging van de jaren zestig met de agressie van de blanke overheid en racistische bewegingen te maken kreeg.
Anders dan Marten Luther King vond hoofdpersoon Robert F. Williams geweld soms een noodzakelijk kwaad. ‘Het is altijd een onvervreemdbaar recht geweest van de Amerikanen, dat, als de staat het recht niet wil handhaven, de burger gewapend mag en kan ingrijpen als hij zichzelf moet verdedigen tegen rechteloos geweld.’ Dat schreef hij in 1962 in zijn boek Negroes with Guns. Zijn levensverhaal inspireerde Christine Otten onlangs tot haar boek We hadden liefde, we hadden oorlog en nu dus Urban Myth tot de gelijknamige voorstelling (in een bewerking van theaterauteur Jibbe Willems).
Wat maakt het levensverhaal Williams en zijn gezin zo actueel, vraag je je aan het begin van de voorstelling af. De zwarte Amerikanen eisen rechten op die nu volkomen vanzelfsprekend lijken. Reizen met de bus, toegang tot een zwembad en het onderwijs. Hoe is het mogelijk dat de samenleving in die tijd nog zó gesegregeerd was dat protest tegen deze rechteloosheid tot hevig geweld leidde. Maar langzamerhand, zonder dat de spelers die link expliciet maken, bekruipt je het onaangename gevoel dat die situatie voor een deel van de bevolking nog steeds opgaat. Wie illegaal is, heeft haast nergens toegang toe.
De spelers staan ontspannen op het toneel en vertellen het verhaal rustig en zonder al te grote gebaren. De relatie tussen Williams en zijn veel jongere vrouw Mabel en hun zoon laat zien hoe het politieke engagement zijn wissel trekt op het gezinsleven. Onder het motto ‘het persoonlijke is politiek’ brengt dit de thematiek dichterbij. Maar vooral door de muziek kruipt de voorstelling onontkoombaar onder je huid.
Regisseur Jörgen Tjon A Fong geeft de zwarte jaren zestig-muziek alle ruimte. De muzikaliteit draagt de voorstelling. De krachtige soul en rhytm & blues klinken door in spoken word en storytelling. Het maakt niet uit of de spelers praten of zingen, álles swingt in deze voorstelling. De prachtige stem van Ntjam Rosie doet aan Norah Jones denken. Maar ook Huub van der Lubbe, Manoushka Zeegelaar Breeveld, Gary Mendes en Mandela Wee Wee zingen en spelen de sterren van de hemel.
De voorstelling is op één moment wat pamflettistisch. Als de spelers naast elkaar met luide stem de namen van de slachtoffers van het politiegeweld in de Verenigde Staten voorlezen. Verder ontroert We hadden liefde, we hadden wapens doordat je ziet hoe de discriminatie doorwerkt in het leven van mensen die je gedurende de voorstelling in je hart sluit.
Deel deze recensie
2 maart 2019